zaterdag 4 juni 2011

nieuwe blog

van 30 mei tot 25 juni ben ik opnieuw in Brazilië. Volg mij op de nieuwe blog: http://inleefreisbrazilie2011.blogspot.com/

zondag 26 augustus 2007

22-23 augustus: de terugreis

Na een snelle poging om nog skype te installeren bij de zusters, werd ik door zr. Inès naar de luchthaven gebracht.
Het inchecken verliep vlot, maar het vliegtuig vertrok wel 45 minuten te laat, omdat de 'instapbrug' tussen de terminal in het vliegtuig zelf defect was.
We werden met zijn allen naar beneden geleid, via een roltrap naar een wachtruimte, die veel te klein was. Vermits de roltrap steeds mensen bleef aanvoeren, werden we allen op elkaar gepakt, wat op een bepaald moment wel een beangstigend gevoel gaf.
Gelukkig mochten we na enkele ogenblikken via een trap op het vliegtuig.

De reis zelf was comfortabel. We kregen lekker eten en de Aguardente smaakte heerlijk (nogmaals dank voor de tip pr. Frans)
In Lissabon was er een file aan de douane, waardoor ik op 3 minuten na (!) mijn vliegtuig nog net haalde.
In Zaventem stonden Leen en pr. Noël met op te wachten. Het was een aangenaam weerzien. Ondertussen hadden de anderen een heerlijk taartenfestijn bereid in de living van Sint-Michiel. Overladen met ervaringen en verhalen mocht ik bij de gemeenschap thuis komen. Dankjewel allemaal...

Woensdag 22 augustus: het mooie werk van de zwartzusters van Bethel in Salvador

In Salvador mocht ik verblijven bij de zwartzusters van Bethel in de Casa de Paz. Deze congregatie is uit bisdom Brugge afkomstig en heeft drie huizen in Brazilië, waar naast de Vlaamse zusters reeds heel wat Braziliaanse zusters actief zijn. Men plant deze week een nieuwe stichting in het binnenland.
Ik mocht er een enorme gastvrijheid ervaren.
Op woensdagmorgen mocht ik mee met enkele jonge zusters naar de kindercrèche: "Casa da Amizade". We gingen er naartoe via een smal wegje doorheen een sloppenwijk, met enorm veel trappen. Sloppenwijken liggen in Brazilië vaak op hellingen.
Onderweg gingen we even binnen met een voedselpakket bij een vrouw die in een heel klein huisje woont met haar twee kinderen. Het huisje telt twee kamers: de ene dient als keuken en slaapplaats voor de kinderen, de andere is de slaapkamer van de moeder. Geen badkamer, geen tafel, geen stoelen...
De kinderen kwamen onmiddellijk aan ons hangen.
In de Casa de Amizade voelde ik me opnieuw een welgekomen gast. De kinderen hingen rond me, zochten knuffels, wilden opgepakt worden,... Ik ontmoette er zuster Lies, een nicht van deken Roland Hemeryck van Ieper. Ze vertelde me over haar werk in de crèche en de zorgen die erbij komen. Kinderen kunnen er terecht van 2 tot 6 jaar en krijgen er elke dat wat gezonde voeding, wat spel en activiteit en worden eens goed gewassen. Hier in deze wijken is dit enorm mooi werk.
Na het bezoek ontmoette ik zr. Christine, de algemeen overste van de zwartzusters, die op bezoek was in het huis. We hadden een aangenaam gesprek.
Wat me vooral trof bij de zusters van Bethel was de enorme inzet voor de armen, die gedragen wordt door het gebed. Elke morgen doen ze er na het gemeenschappelijke morgengebed een contemplatieve dialoog, heel dicht bij God en met de voeten in de werkelijkheid. Ik denk dat dit één van de redenen is dat ze het hier uithouden en dat ze zo graag gezien zijn door de mensen.

Dinsdag 21 augustus: namiddagje aan het strand

Na mijn bezoek aan de Pelourinho (het oude stadscentrum van Salvador) nam ik de bus naar het strand. Ik had aan een jonge gast gevraagd waar het mooiste strand lag om wat te genieten van een wandeling en een zwempartij. Hij heeft me goed geholpen en een mooi stukje aangewezen. Dit is niet zo vanzelfsprekend, vermits de stad Salvador 60 km strand heeft. In sommige stukken komt riolering uit.
Ik was nog maar net op het strand, of ik werd al aangeklampt: "Voce es un amigo, viene alli e toma uma cerveja". Zoals vliegen komen de Braziliaanse kelners toeristen aanklampen om hen te overtuigen iets te nuttigen. Het scherpte mijn weerbaarheid en ik werd ietwat achterdochtig naar misbruik. Niet onterecht zou blijken...
Na een halfuurtje wandelen, besliste ik plaats te nemen op een stoel die me door een ober werd aangeboden. Ik bestelde een biertje en genoot van de zee. Wat hierbij belangrijk is, is om op voorhand de prijs af te spreken.
Voor mij was het wel aangenaam, dat ik kon genieten van een frisse pint (in Brazilië heeft men lekker bier) op een plekje in de schaduw.
Bij mijn eerste dronk van het glas begon de stoet van de commercanten reeds. Je kan je niet voorstellen wat de leurders er allemaal aan de man willen brengen: scampi's, uurwerken, pullekes zonnecrème, kokosnoten, gekoelde waterflesjes, allerlei onsmakelijke eetbare dingen, sigaretten, henna-tatoeages, oorbellen, halskettingen,...
Op de duur roep je al van ver dat je niet geïnteresseerd bent.
Vermits ik alleen was, dacht ik na over mijn materiaal tijdens mijn zwempartijtje. Ik wil het zeker niet in bewaring geven bij de obers, die vertrouw ik voor geen haar. Tenslotte heb ik een koppel aangesproken die er ook nogal toeristisch uitzagen en die een vertrouwen uitstraalde. Het waren heel vriendelijke Spanjaarden, die een vlot mondje engels spraken. We hadden een kort maar aangenaam gesprekje.
Toen de tijd, de gesprekjes en de zwempartijtjes wat gevorderd waren, vroeg ik de rekening.
Ik kon mijn ogen niet geloven. Naast mijn biertje rekenden ze R$10 voor mijn stoel en R$ 10 voor de dienst. Toen ik meldde dat ik dit weigerde te betalen, vertelde de ober dat dit hier de gewoonte is, dat iedereen het doet.
Ik zei hem dat het mijn gewoonte niet is, en dat ik enkel het biertje zou betalen.
Na wat discussie liet hij de gerant erbij roepen.
Deze deed alsof hij me niet begreep. Ik nam de rekening uit zijn hand en schrapte met mijn balpen de dienst en de stoel en omcirkelde enkel het bedrag van het biertje.
Toen snapte hij het wel. Hij aanvaardde mijn geld, maar kwam niet terug met het wisselgeld.
Toen ik hem even later riep deed hij opnieuw alsof hij me niet begreep. Na enig aandringen gaf hij mijn geld terug.
Zo zie je wel hoe men misbruik maakt van brave toeristen.
Na deze weerbaarheidstraining besloot ik nog wat te wandelen met de voeten in de branding, tot de zon zou zijn ondergegaan. Dit was zeer aangenaam. Alle schooiers en leurders waren naar huis en de rust was er terug. Ik ontmoette een visser die met een simpel vislijntje erin slaagde om mooi vissen uit het water te halen. Hij wilde trots poseren met zijn vissen voor de lens van mijn fototoestel...

Dinsdag 21 augustus - Bezoek aan de Pelourinho Salvador

Op dinsdag 21 augustus bezocht ik de Pelourinho, het oudste stadsgedeelte van Salvador en tevens van heel Brazilië.
Ik had weeral geluk want zr. Inés, van de zwartzusters van Bethel, was bereid me te brengen. Samen gingen we enkele kerken bezoeken. Ze stammen reeds van de tijd van de eerste kolonisatie van de Portugezen. De kerk van de Franciscanen stamt reeds uit 1587. De plafonds zijn helemaal beslagen met goud. Ik had het hier moeilijk mee. In een land waar zoveel armoede is, zijn de kerken zo rijkelijk versierd... En dan nog de Franciscanen, die normaal het armoede-ideaal zo hoog in 't vaandel dragen.
Zr. Inés vertelde me dat dit het resultaat is van de tijd van de kolonisatie. Er was een wet dat alle goud naar Portugal moest worden gebracht, behalve datgene dat voor de eredienst gebruikt werd. De Franciscanen poogden dus op deze manier om het goud in het land te houden.
Na de kerken maakte ik een wandelingetje door de gezellige straatjes van dit pittoreske stadsgedeelte. Overal wordt muziek gemaakt, overal word ik aangeklampt om dingen te kopen. Ik liet me even verleiden door het lekkere fruit en kocht me enkele bananen. Eén R$ (16 fr.) voor 3 bananen is hier blijkbaar de straatwaarde. En ik denk dat ik nog teveel betaald heb...
Onderweg in de straatjes kwam ik tal van kunstenaars, muzikanten en vooral dansers tegen. Op een pleintje gaf men dansles aan toeristen.
Wat erg in trek is, is de capoeira. Het is een soort rituele vecht-dans. Het filmpje hieronder illustreert duidelijk wat Capoeira is. Het geluid op de achtergrond is van één van de leden van de Capoeira groep die me de oren van het hoofd zaagde om geld. Ik heb hem wat kleingeld gegeven en hij was kwaad omdat het te weinig was...

Na deze spectaculaire opvoering ging ik naar het museum voor Afro-Braziliaanse cultuur. In dit museum zijn allerlei voorwerpen te bezichtigen van de indigena-cultuur (oorspronkelijke indianen) en van de rituelen van de Afrikaanse slaven die destijds ingevoerd werden op hier het vuile werk te verrichten.

Tegen de middag ben ik gaan eten in de Cantina da Lua op de Tereiro de Jesus. Op het eerste verdiep van dit restaurantje kan je eten kiezen uit de Bain-Maries en betalen per kilo. Het was erg lekker - dank voor het adres, pr. Frans! Hier in Brazilië vind je vaak restaurants waar "Comida a kilo" verkocht wordt. Je kiest dus uit vele schotels wat je wil eten, waarna je bord gewogen wordt. Je betaalt het gewicht aan voedsel dat op je bord ligt.
Een goed systeem, zeker voor kleine eters. En er wordt minder weggegooid. Hoe ze dit in België nog niet uitgevonden hebben. Maar misschien zou dit niet mogen omwille van de strenge hygiënische voorschriften.

vrijdag 24 augustus 2007

Naar Salvador (maandag 20 augustus)


Ondertussen ben ik sinds gisteren thuis gekomen, maar ik probeer toch nog wat verslag te geven van de laatste dagen.
Maandag mocht ik met de bisschop, dom Andre Dewitte, naar Salvador reizen.
Het was een zeer aangename tocht.
Het eerste deel van de reis (tot Feira de Santana) waren nog drie zusters mee van een Belgische congregatie (bisdom Namen) die in Ruy Barbosa op evangelisatie waren. Het waren jonge enthousiaste Braziliaanse zusters, die erg geïnteresseerd waren in de Belgische kerk. Ik probeerde zoveel mogelijk in het Portugees mee te spreken, zodat iedereen in het gesprek betrokken was.

Voor het tweede deel van de reis was ik met de bisschop alleen. We hadden het onderandere over de verschillen tussen de Braziliaanse en de Vlaamse kerk.
Beiden kunnen veel van elkaar leren.
Ik had het enkele dagen geleden in deze blog reeds over de volwassenencatechese.Deze is hier in Brazilië enorm goed georganiseerd. In Vlaanderen moeten we hiermee nog beginnen.
Zo zijn de leken hier enorm betrokken in de pastoraal. In Vlaanderen is de kerk nog erg clericaal: er wordt enorm veel verwacht van de priester. Doordag Brazilië nooit een overvloed aan priesters kende, diende het godsvolk noodgedwongen veel meer verantwoordelijkheid te nemen. Zo wordt de zorg de plaatselijke kerken en wijkkapellen volledig gedragen door de leken. Ook de (volwassenen)catechese wordt hier sterk gedragen door leken. De zusters nemen hierin ook een grote rol op zich. In de liturgie nemen lekenvoorgangers een grote rol op zich, zowel voor de zang als voor de inleidende teksten en de praktische zaken tijdens de viering. Het zijn die voorgangers die ook de uitvaarten voorgaan, de woorddiensten, ...
Brazilië kent wel nog geen secularisatie. Een groot percentage van de Brazilianen is gedoopt, maar velen van hen gaan ook naar sectaire bewegingen.
Wat de Braziliaanse kerk naar mijn mening ook nog wat kan leren in de eenheid bewerken. Hier zijn er verschillende kampen in de kerk: rechts en links, waarbij de eersten de trouw aan het centraal gezag en de doorleefde liturgie heel centraal stellen terwijl de tweede groep alle aandacht zet op de actieve inzet voor de armen en de maatschappelijke strijd tegen onrecht.
Ik denk dat we in Vlaanderen wat meer de twee belangrijkste geboden van Christus: de liefde voor God en de liefde voor de medemens combineren, in een tweesporenpastoraal die aandacht heeft voor een sterk gebedsleven en daadwerkelijk maatschappelijk engagement.
Wat ik in Brazilië ook enorm waardeerde was de eenvoud waarmee alles gebeurt. In Vlaanderen zijn we soms bezig met ellenlange vergaderingen over visieteksten en over hoe we het allemaal doen. De Brazilianen beginnen er gewoon mee, vanuit een groot godsvertrouwen. Dat kunnen we in Vlaanderen ook van hen leren. Brazilianen geloven. Ze kiezen bewust om naar de communie te gaan of niet, ze bidden, soms wat devotioneel maar heel oprecht. Ze dragen de kerk ook financieel, hoe arm ze ook zijn. Een kapel komt er als de gemeenschap er de middelen voor samen vindt, anders gebeurt de viering gewoon in een school. De gemeenschap draagt bij in de kosten van de priester, die in Brazilië van het bisdom (niet van de overheid) enkel een minimumwedde krijgt.
Dom Andre was erg geïnteresseerd in mijn indrukken van deze inleefreis. Ik was enorm geboeid door zijn bevindingen omtrent de kerk en omtrent de ervaringen die hij had als missionaris en als bisschop.
Zo was de lange reis naar Salvador vlug voorbij. In de luchthaven ging ik in zijn plaats aanschuiven, terwijl hij de auto parkeerde en de zusters zocht die de auto gingen meenemen. Alles verliep heel vlot en 's avonds mocht ik te genieten van de grote gastvrijheid van zr. Ines en de zwartzusters van Betel.